Meer informatie
Aard van de ingreep:
Afhangende bovenste oogleden en wallen onder de onderste oogleden worden gecorrigeerd door een teveel aan huid en onderliggende spier te verwijderen en het schijnbaar teveel aan vet te herverdelen of te verwijderen. Indien de bovenste oogleden "het zicht" in de bovenste-buitenste hoek van het blikveld verhinderen, kan het ziekenfonds zelfs financieel tussenkomen voor deze ingreep.
Correctie van de bovenste oogleden:

Aantekenen van de hoeveelheid huid die moet worden verwijderd bij een correctie van de bovenste oogleden.

Toestand na wegname van het huidareaal op de bovenste oogleden. De oogkringspier is nu duidelijk te zien.
Het is mogelijk huid en onderliggend deel van de oogkringspier samen weg te nemen t.h.v. het bovenste ooglid.

Afzonderlijk verwijderen van een reepje oogkringspier op het bovenste ooglid na verwijdering van de boven gelegen huid.

Na verwijderen van het reepje oogkringspier ziet men het doorschijnende setum (tussenschot) waarschter het binnenste en buitenste vetcompartiment duidelijk zichtbaar is.

Na openen van het septum komt het daarachter gelegen vet tevoorschijn.
Het teveel aan vet t.h.v. het bovenste ooglid dat zich bij druk op de oogbol naar buiten wringt, wordt aangeklemd en verwijderd.

Op het resterende vet in het klemmetje worden de bloedvaatjes dichtgebrand.

In de huid zelf een voortlopende hechting van het bovenste ooglid.
Verloop van de doorlopende hechting in de huid van het bovenste ooglid.
Correctie van de onderste oogleden:

Aantekening en begin van de incisie juist onder de wimperrij bij een correctie van “wallen” bij de onderste oogleden.

Na preparatie van huid-spierlaag t.h.v. de onderste oogleden ziet men op het septum de daar achter gelegen 3 vetcompartimenten. Het buitenste vetcompartiment werd reeds geopend.
Verwijderen van vet uit het binnenste vetcompartiment.
Dichtbranden van de bloedvaatjes op het middenste vetcompartiment.

Markering van het huidoverschot t.h.v. het onderste ooglid dat moet verwijderd worden.

Hechting van de huid met een 4tal zeer dunne draadjes (6/0). Deze worden na 4 dagen verwijderd.
Duur van de ingreep:
1 tot 2 uur afhankelijk van de uitgebreidheid en de toegepaste techniek.
Anesthesie:
Meestal in plaatselijke verdoving eventueel gecombineerd met een kalmerend middeltje.
Ambulant of hospitalisatie?:
Meestal ambulant.
Neveneffecten:
Een tijdelijk gespannen gevoel van de oogleden met zwelling, overvloedige traansecretie, overgevoeligheid aan licht tijdens de eerste 2 weken. Er kan ook tijdelijk een brandend gevoel, een tijdelijke droogheid of jeuk optreden.
Risico's:
- Tijdelijk troebel of dubbel zicht.
- Infectie, bloeding.
- Zwelling van de ooghoeken.
- Droge ogen.
- Vorming van witte puntjes op de huid.
- Lichte asymmetrie bij de wondheling en verlittekening.
- Soms moeilijkheden bij het sluiten van de ogen vooral bij gelijktijdige plastie van bovenste en onderste oogleden.
- Het naar beneden trekken van de onderste oogleden (wat een tweede ingreep kan vereisen).
- Blindheid (extreem zelden).
Herstelperiode:
- 2 tot 3 dagen vooraleer men weer kan lezen.
- Na 7 tot 10 dagen kan men terug aan het werk gaan.
- Het dragen van contactlenzen kan terug na 2 weken.
- Inspannende activiteiten en alcohol 3 weken vermijden.
- Na enkele weken is de zwelling verdwenen.
Duur van het resultaat:
Meerdere jaren en soms blijvend.
Terug naar
ooglidcorrectie algemeen